
Gisteren werd Harry weer tevoorschijn getoverd toen we ons richting Den Bosch begaven, Omdat we iets aan de vroege kant zijn besluiten we eerst nog even een snel broodje te scoren in de stad, al is snel hier niet echt van toepassing. De bediening is beeldschoon, heeft ogen om in te verdrinken een glimlach die het servies bijna doet breken maar is zo langzaam als dikke stront tegen de berg op in de winter met tegenwind. Kortom, het schiet niet echt op. Terug naar het theater zijn we getuige hoe de stad een paar weken terug geleden moet hebben onder het schrikbewind van de Oeteldonkers, ook wel bekend als carnaval. Verwaaide confetti ligt nog overal, je zou toch denken dat ze hun zooi wat beter zouden opruimen want voor de rest is Den Bosch zonder twijfel een prachtige stad. Terug in het theater beginnen we te lossen en hangen de benodigde decorstukken in. Omdat dit theater geen trekkenwand heeft mag ik vanavond weer dienst doen als levende vlaggenstok.
In het donker kom ik op en het enige wat van mij zichtbaar is zijn mijn schoenen en de beroemde rooie muts. Het zijn de schoenen die mij later de das om zullen doen want terwijl ik in de pauze de “Marketing and Merchandise” beman wordt ik herkend aan..jawel mijn schoenen. Waar vrouwen al niet op letten.
Na de pauze zwaai ik met een ander doek maar voordat ik dat doe marcheer in het podium op met een opgerold doek als geweer over mijn schouder hetgeen doet denken aan de militaire tak van het kabouterfront.
Voorlopig ben ik uitgespeeld met deze act, de meeste theaters die nu volgen hebben een trekkenwand. Alleen als we op 19 mei in De Regentes te Den Haag spelen zal ik deze truc nog één maal uit moeten voeren.
Harry ligt inmiddels weer in zijn flightcase te wachten op de première die maandag zal plaatsvinden, misschien moet ik voor die tijd toch mijn schoenen maar even poetsen.
1 opmerking:
Zegguh kunnen wij he huren voor ons kabouter plop kamp voor van de zomer??:-)
Een reactie posten