Terwijl het WK op vrijdagavond aftrapt en onze Costa Ricaanse vrienden het laten afweten tegen Duitsland was ik druk doende bezig om mijn rugzak in te pakken. Dit weekend ben ik lekker even weg geweest met Weekendhike. Ik had nog nooit twee dagen achter elkaar gelopen en was erg benieuwd hoe ik en mijn diverse lichaamsdelen daarop zouden reageren. Even vraag ik me nog af of ik toch nog regenkleding mee zal nemen maar dit dwaze plan zet ik al spoedig overboord. Ook is er dit keer geen plaats voor mijn warme wollen wanten en mijn muts. Wel gaat er veel vocht mee, alsmede het nodige trekkersvoer zoals kleine potjes jam, hagelslag smeerkaas met sambal en een blikje leverpastei. Een grote dosis drop maakt het geheel compleet en zo hobbel ik zaterdagmorgen vroeg naar het station van Beverwijk.
Eerst ga ik met de trein naar Utrecht alwaar ik een lift krijg van Christina, die mij, de bagage en de rest van het ontbijt veilig naar Haarlo zal brengen. Bijna gaat het mis als ik aan de verkeerde kant van station Utrecht op haar sta te wachten maar na een verlossend telefoontje en een korte sprint dwars door Utrecht C.S. brengt mij bij haar auto en na een vluchtig, Hoi, hoe is het gaan we op pad. We hebben een aardige rit voor de boeg maar het schiet lekker op en gaandeweg maakt zich een heus vakantiegevoel van mij meester. Terwijl we over de snelweg razen en bij Arnhem heel even in de file staan zie ik het landschap om me heen veranderen. Tegen 11.00 uur naderen we Haarlo, maar waar is nou toch de Wollinkweg? Na flink wat heen en weer gereden te zijn en het een paar keer gevraagd te hebben bereiken we tenslotte de plaats van bestemming.
Een paar mensen staan al op ons te wachten en na even gewacht te hebben op de rest van de groep gaan we op pad. De eerste 20 km van dit weekend wachten op ons. Het tempo ligt niet al te hoog, de stemming daar in tegen bereikt al spoedig top hoogte en vrolijk kwetterend als een klas uitgelaten pubers op hun eerste schoolkamp lopen we door het prachtige landschap. Al gauw is het tijd voor het eerste koffiekopje, vergezeld van appelgebak. Hier wordt de term magnetronappelgebak geïntroduceerd. Meestal van buiten heet en van binnen bevroren, deze maal is het echter van buiten heet en van binnen nog heter en bijna moeten we rechtsomkeert maken naar Beverwijk, alwaar een goed brandwondencentrum gevestigd is. Mogelijk wordt dit ongemak veroorzaakt door een cappuccinoapparaat wat wel werkt, niet werkt en toch wel blijkt te werken mits je het op de juiste manier gebruikt. Blijkbaar was de bediening hierdoor de tijd in de magnetron vergeten.
We lopen verder onder het uitbraken van kreten als RA, LA, RA, LA. Dit heeft niks te maken met het feit dat we hier vrolijk zingen of raadsels opgeven maar simpelweg omdat je regelmatig Rechts Af dan wel Links Af moet gaan volgens de route. Dat deze route vervolgens hier en daar niet helemaal duidelijk is danwel niet blijkt te kloppen kan voor ons de pret niet drukken, al is stil zijn in een stiltegebied wel een hele opgave.
Om een uur of 16.30 belanden we op een terras wat ook het besproken restaurant voor die avond blijkt te zijn. We overleggen even: gaan we nu door en komen we hier om de afgesproken tijd van 20.00 weer terug, of blijven we lekker zitten gaan iets eerder eten en lopen dan verder. Unaniem wordt besloten tot de laatste optie en onder het genot van de nodige witte versnaperingen zoals wit bier en witte wijn zitten we heerlijk op het terras terwijl we gezamenlijk onze schoenen uittrekken en zodoende een gaswolk boven Haarlo produceren waarbij de plaatselijke lucht van de diverse agrarische bedrijven in het niet vallen. We nodigen een serveerster uit om er bij te komen zitten maar ze zegt dat ze niet mag van haar baas. Helemaal snappen doen we dit niet want de baas heeft personeel genoeg, iedere keer verschijnt er een andere serveerster aan de tafel. We worden binnen genodigd om te eten en nadat we onze schoenen weer aangedaan hebben lopen we braaf naar binnen. Het eten smaakt fantastisch en helemaal voldaan besluiten we tegen 21.30 weer verder te lopen richting camping, waar we om ongeveer 22.45 aankomen. Na een korte douche en het bedden opmaken, hup, mijn slaapzak ligt, vervolgen we buiten het gezellig samenzijn onder het genot van wijn chips, koekjes etc. Iedereen heeft een greep in zijn of haar provisiekast gedaan.
Terwijl er nog gauw een vrijwilliger wordt gestrikt voor het bakken van de eieren met spek bij het ontbijt de volgende morgen taaien we af en worden de hutten opgezocht.
De volgende morgen doe ik samen met nog een mede-Weekendhiker een poging om de rest van de camping wakker te krijgen door onder de douche de alternatieve versie van het Armeense volkslied te zingen, al kan dat net zo goed doorgaan voor een duet uit de Parelvissers. Bij het ontbijt blijken de gebakken eieren inderdaad geserveerd te worden en het hoewel ik normaal niet zo’n ontbijttype ben smaakt het me prima, net als de croissant met jam en de koffie. Na het aanvegen van de hut gaan weer op pad. Helaas ben ik inmiddels ook bezweken aan de oranjekoorts en in een gekregen oranje shirt gaan dit oranjelegioen op pad, om bij ieder oranje voorwerp spontaan te juichen. Ze zullen daar wel raar hebben opgekeken bij zeven mensen met een rugzak en stevige schoenen die bij ieder oranje voorwerp spontaan beginnen te juichen en de wave inzetten. We hebben besloten om maar 18 km te gaan lopen en te proberen om op tijd bij een kroeg te zijn om daar gezamenlijk de voetbalwedstrijd Nederland – Servië/Montenegro te bekijken. Helaas gaat dit ons niet lukken maar via mijn mobiele telefoon kom ik toch te weten dat het in de eerste helft 1-0 staat voor Nederland. Een spontaan gejuich welt op uit onze kelen in een verder doodstil bos. Net op tijd zijn we bij een kroeg om de laatste vijf minuten mee te pikken van de eerste helft, terwijl de lokale bevolking ons aankijkt met een blik van; die zijn niet van hier, wat komen jullie doen. Het lijkt een beetje op een stelletje rednecks die geconfronteerd worden met een paar homofiele Indianen maar als blijkt dat wij toch echt voor het voetbal komen breekt het ijs iets en vrolijk moedigen wij het Nederlands Elftal aan. Ik blaas mijn longen bijna uit mijn lijf op het fluitje wat ik gekregen heb maar het werkt wel. De voorsprong blijft behouden en goedgemutst nemen wij afscheid van elkaar. Ik rij nog een stukje mee met Christina die mij afzet op Utrecht C.S., alwaar ik de treinen nog even flink ontregel met het gekregen fluitje. Gelukkig niet mijn trein want die rijdt op tijd. Een moeder speelt ondertussen met haar kinderen het befaamde spel ik zie, ik zie wat jij niet ziet en de kleur is…
ORANJE!